In hoger beroep twee maanden cel geëist vanwege valse bommelding schiphol

De 26-jarige Poolse man zonder vaste woon- of verblijfplaats welke op 12 april 2016 een valse bommelding deed op Schiphol, heeft in hoger beroep twee maanden cel tegen zich horen eisen. De man zou op de bewuste avond gezien zijn met een rugtas op zijn rug, maar ook een op zijn buik. Op het moment dat hij twee medewerkers van de Koninklijke Marechaussee tegen komt, zegt hij de woorden: ‘m a terrorist’ en ‘I have a bomb’.

De man werd staande gehouden ter controle, waarna er ook een explosievenhond ter plaatse kwam om de bagage te inspecteren. De hond sloeg aan op een laptop welke in de tas zat, waarna er werd overgegaan tot aanhouding van de man. Delen van Schiphol werden ontruimd en de Explosieven Opruimingsdienst kwam ter plaatse.

De politierechter in Haarlem veroordeelde de verdachte in juni 2016 tot een geldboete van vijfhonderd euro. Volgens het OM een onbegrijpelijk beslissing. “Gelet op de ernst van de feiten doet een geldboete geen recht aan de ernst van de situatie.” Het OM stelde hoger beroep in. De advocaat-generaal is van mening dat er op diverse luchthavens in de wereld en zeker binnen Europa na de vele aanslagen in de achterliggende jaren en ook nog zeer recent een verhoogde waakzaamheid geldt.

De advocaat-generaal van het OM heeft gevorderd om het vonnis van de politierechter te vernietigen en de verdachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van twee maanden, waarvan één maand voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast is gevorderd dat verdachte gedurende vijf jaar zich niet mag bevinden op de luchthaven Schiphol.

Het gerechtshof doet uitspraak op 15 juni.

Foto: KaWijKo Media / Nickelas Kok